71
Du
Nederlands
VERHELPEN VAN STORINGEN
Onjuist uitgevoerde bewerkingen worden vaak voor defecten of storingen aanzien. Als u denkt dat er
werkelijk iets mis is met dit toestel, moet u eerst onderstaande punten controleren. Soms moet de oorzaak
van het probleem bij een ander toestel worden gezocht. U moet dus alle aangesloten elektrische apparaten
controleren.
Indien het probleem, zelfs na controle van onderstaande punten, niet kan worden opgelost, moet u met uw
verkoper of dichtsbijzijnde PIONEER service center contact opnemen.
Storing
Geen stroom
De apparatuur reageert niet op
de bediening.
De USB-kabel wordt niet door
de computer herkend wanneer
deze wordt aangesloten.
De cursorpositie is ver ver-
wijderd van de positie van de
penpunt op het scherm.
De cursorpositie is een klein
stukje verwijderd van de positie
van de penpunt op het scherm.
De cursorpositie wijkt af van de
pen nadat de beginstellingen
zijn gemaakt.
De speciale pen werkt niet.
Oorzaak
÷ De USB-kabel is niet op de
computer aangesloten.
÷ De computer is niet inge-
schakeld.
÷ De USB-kabel zit los.
÷ De USB-poort werkt niet als
gevolg van een probleem met de
computer of het Windows
besturingssysteem.
÷
Er wordt een andere scherm-
resolutie dan 1280 x 768 gebruikt
of de resolutie-instelling is
gewijzigd.
÷
De schermweergaveformaat-
instelling van het plasmadisplay is
gewijzigd.
÷ Het driverprogramma is niet juist
geïnstalleerd.
÷ De schermweergavepositie van
het plasmadisplay is ver-
schoven.
÷ De AUTO SET UP schermpositie-
afstelling is teruggesteld.
÷ "MASK CONTROL" of "ORBITER"
van het plasmadisplay is
ingesteld op "ON".
÷ De batterij is leeg.
÷
Er wordt onvoldoende druk op de
pen uitgeoefend waardoor de
penpunt-schakelaar niet wordt
ingeschakeld.
Oplossing
÷ Sluit de USB-kabel correct op de
computer aan.
÷ Schakel de computer in.
÷ Sluit de USB-kabel correct aan.
÷ Raadpleeg de computerfabrikant
voor BIOS en driver-updates
indien deze vereist zijn.
÷ Wijzig de instellingen van de
driver-software naar vereist.
÷ Installeer de driver op de juiste
wijze.
÷ Gebruik de calibratiefunctie van
het plasmadisplay om de
verticale en de horizontale
positie af te stellen.
÷ Afhankelijk van het beeld kunnen
kleine afwijkingen met de hand
worden gecorrigeerd.
÷
Zet
"
MASK CONTROL
"
,
"
ORBITER
"
op
"
OFF
"
.
÷
Controleer de LED indicator.
Vervang de batterij als de indicator
niet helder oplicht.
÷ Druk de punt van de pen met
voldoende kracht tegen het
scherm zodat de penpunt-
schakelaar wordt ingeschakeld.