5 Troubleshooting
PROBLEEM OPLOSSING
De SCAN-indicator • Controleer de batterij in de handset.
verschijnt niet op de display. • Plaats de handset op de basis voor het
opladen van de batterij.
• Verwijder de batterij, steek de batterij er
weer in en activeer de handset.
De batterij is niet opgeladen. • Controleer de batterij in de handset.
• Reinig het laadgedeelte van de handset en
de basis.
De BATTERIJ-indicator knippert en • Laad batterij van de handset op.
er weerklinkt een onderbroken
waarschuwingstoon.
De Buiten-Bereik • De handset is buiten het bereik van de basis.
waarschuwingstoon weerklinkt. • Breng de handset terug binnen het bereik
van de basis.
De handset vindt het basisstation • Als de handset buiten het bereik van de
niet (de SCAN indicator knippert). basis verkeert, moet u deze terug binnen
het bereik brengen.
• Controleer de adapter van de basis.
• Programmeer de standaard parameters van
het basisstation.
• Meld de handset correct aan op de basis.
• Verwijder de batterij, steek de batterij er
weer in en activeer de handset.
• Ontkoppel en verbind opnieuw de adapter
van de basis.
Geen kiestoon. • Controleer of the telefoonlijn correct
aangesloten is aan de basis.
Een nummer vormen is niet mogelijk • Stel het juiste kiessysteem in (toon of puls).
De handset rinkelt niet. • Herprogrammeer het belvolume.
Bij het vormen van een extern • Controleer of de vergrendelingmodus is
telefoonnummer, wordt de geprogrammeerd; zo ja, deactiveer de
verbinding verbroken. modus.
Er klinkt geen toetsentoon. • Activeer de toetsentoonfunctie.
23